De geschiedenis van de Nederlandse tulpenmanie
De Nederlandse tulpenmanie, ook wel bekend als de tulpengekte, was een periode in de Gouden Eeuw van Nederland waarin tulpenbollen werden verhandeld tegen exorbitante prijzen. De tulpenmanie bereikte zijn hoogtepunt in de winter van 1636-1637 en is sindsdien een van de meest bekende voorbeelden van een speculatieve bubbel in de geschiedenis.
De oorsprong van de tulpenmanie ligt in de import van tulpenbollen uit het Ottomaanse Rijk in de zestiende eeuw. De exotische en kleurrijke bloemen werden al snel zeer gewild in Nederland en de rest van Europa. Tulpenbollen werden een statussymbool en het kweken van zeldzame en nieuwe variëteiten werd een lucratieve business.
In de jaren voorafgaand aan de tulpenmanie begonnen speculanten steeds vaker te investeren in tulpenbollen in de hoop op snelle winst. De prijzen van de bollen begonnen snel te stijgen en er ontstond een ware frenzy op de tulpenmarkt. Mensen verkochten hun huis en land om te kunnen investeren in tulpenbollen, in de hoop dat de prijzen nog verder zouden stijgen.
Op het hoogtepunt van de tulpenmanie werden sommige tulpenbollen verkocht voor de prijs van een grachtenpand in Amsterdam. De bubbel barstte uiteindelijk in februari 1637, toen investeerders hun bollen niet meer konden verkopen tegen de opgeblazen prijzen. Velen raakten alles kwijt wat ze hadden geïnvesteerd en de economie van Nederland werd zwaar getroffen.
De Nederlandse tulpenmanie wordt vaak gezien als een waarschuwing tegen overdreven speculatie en het blind volgen van de kudde. Het is een fascinerend hoofdstuk in de geschiedenis van Nederland en blijft tot op de dag van vandaag een veelbesproken onderwerp.